stormy
- stor·my
- Afkomstig van het Middelengelse woord stormi bn , dat van het Oudengelse woord stormig bn komt
- Afleiding van het Engelse woord storm zn met het achtervoegsel -y
Naar frequentie | 13659 |
---|
stellend | vergrotend | overtreffend |
---|---|---|
stormy | stormier | stormiest |
stormy
- (meteorologie) stormachtig
- «It was a stormy night. I became trapped in a elevator that had no phone.»
- Het was een stormachtige nacht. Ik zat vast in een lift zonder telefoon.
- «It was a stormy night. I became trapped in a elevator that had no phone.»
- (figuurlijk) stormachtig (gekenmerkt door onrust of woede)
- «The manner of his departure reflects a stormy life in politics that has seen considerable personal achievement accompanied by strife and disappointment.»
- De manier van zijn vertrek weerspiegelt een stormachtig leven in de politiek dat aanzienlijke persoonlijke prestaties heeft gezien, vergezeld van strijd en teleurstelling.
- «The manner of his departure reflects a stormy life in politics that has seen considerable personal achievement accompanied by strife and disappointment.»
- [1]: stormy weather
stormachtig weer
- [1]: stormy sea
stormachtige zee
- [1]: stormy night
stormachtige nacht
- [2]: stormy affair
stormachtige affaire