stormachtig

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  stormachtig    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• storm·ach·tig

Woordherkomst en -opbouw

• afgeleid van storm met het achtervoegsel -achtig

	stellend	vergrotend	overtreffend
onverbogen	stormachtig	stormachtiger	stormachtigst
verbogen	stormachtige	stormachtigere	stormachtigste
partitief	stormachtigs	stormachtigers	-

Bijvoeglijk naamwoord

stormachtig

1. gelijkend op of eigenschappen hebbend van een storm

   • Zijn stormachtige aankomst deed veel stof opwaaien. 

Synoniemen

• wild, lawaaierig

Gangbaarheid

• Het woord stormachtig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "stormachtig" herkend door:

100 %	van de Nederlanders;
99 %	van de Vlamingen.