steriliteit
- Geluid: steriliteit (hulp, bestand)
- ste·ri·li·teit
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘onvruchtbaarheid’ voor het eerst aangetroffen in 1548 [1]
- afgeleid van steriel met het achtervoegsel -iteit
- afgeleid van het Franse stérilité (met het achtervoegsel -iteit) [2] [3]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | steriliteit | steriliteiten |
verkleinwoord | - | - |
de steriliteit v
- (medisch) onvruchtbaarheid
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- Het woord steriliteit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.