stemmingmaker
- stem·ming·ma·ker
- samenstelling van stemming zn en maker zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | stemmingmaker | stemmingmakers |
verkleinwoord |
de stemmingmaker m
- persoon die probeert de opinievorming te beïnvloeden
- ▸ Dat blijkt uit een peiling onder ruim vijfhonderd middelbare scholieren door deze krant en jongerenpanel Stemmingmakers van scholieren.com. Van de leerlingen die de vragen beantwoordden, komt de meerderheid van het vwo en is ruim zestig procent meisje.[1]
- persoon die de sfeer probeert te verbeteren
- zaak die iets gezelliger maakt
- Het woord stemmingmaker staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Weblink bron Ellen van Gaalen“Scholieren vinden stakende docenten prima: ‘Zij meer geld, wij lekker vrij’” (30-01-2020), Tubantia