• spits·hef·fing
enkelvoud meervoud
naamwoord spitsheffing spitsheffingen
verkleinwoord

de spitsheffingv

  1. (economie) (verkeer) belasting die men moet betalen als men met de auto in de spitsuren wilt rijden met als doel om de drukte van de spits te verminderen
     Ook zou worden gekeken naar invoering van een medicijnknaak (circa 2 euro), verhoging van het eigen risico in de zorg met 100 euro en het instellen van een spitsheffing.[1]
     Het PBL heeft niet alleen gekeken naar het effect van de forensentaks maar ook naar de kilometerheffing. Daarvoor is gekeken naar een heffing van 7 cent per gereden kilometer en een spitsheffing van 11 cent per kilometer. De spitsheffing zou het aantal files verminderen met 35 procent.[2]
  1.   Weblink bron “Oppositie wil bezuinigingslijst” (Woensdag 1 februari 2012, 14:04), NOS
  2.   Weblink bron “PBL: minder files door forensentaks” (Vrijdag 6 juli 2012, 11:16), NOS