Spatlap aan het rechterachterwiel van een vrachtwagen


Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • spat·lap
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord spatlap spatlappen
verkleinwoord spatlapje spatlapjes

Zelfstandig naamwoord

de spatlapm

  1. (techniek) rubber lap aan de onderzijde van het spatbord van voertuigen om het opspatten van water en modder tegen te gaan
    • Een spatlap met LED-verlichting. 
Synoniemen

Gangbaarheid

89 % van de Nederlanders;
80 % van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be