Een sleeptouw verbindt de rubberboot links met de botter rechts.
  • sleep·touw
enkelvoud meervoud
naamwoord sleeptouw sleeptouwen
verkleinwoord sleeptouwtje sleeptouwtjes

het sleeptouwo

  1. (scheepvaart) touw of kabel waarmee het ene schip het andere voorttrekt
    • Het sleeptouw brak en de reddingspoging mislukte. 


99 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[1]
  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be