sixtijns
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- six·tijns
Woordherkomst en -opbouw
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | sixtijns | sixtijnser | sixtijnst |
verbogen | sixtijnse | sixtijnsere | sixtijnste |
partitief | sixtijns | sixtijnsers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
sixtijns
- van of met betrekking tot Sixtus IV, paus van 1471 tot 1484
Schrijfwijzen
- Sixtijns (officiële spelling tot 2006)
Typische woordcombinaties
Gangbaarheid
- Het woord sixtijns staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "sixtijns" herkend door:
94 % | van de Nederlanders; |
93 % | van de Vlamingen.[1] |
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be