shredden
- shred·den
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
shredden |
shredde |
geshred |
zwak -d | volledig |
shredden
- overgankelijk met een machine in kleine stukjes hakken
- ▸ Het inzamelen gebeurt perfect, de verwerking daarentegen is ten hemel schreiend. Een 'verwerker' als Hoogers bv uit Geldrop kan bijvoorbeeld alleen verfemballage shredden (klein knippen). Van dit afval, inclusief de verfresten, heeft Hoogers alleen al de eerste drie maanden van dit jaar 408 ton in Duitsland gestort.[1]
- inergatief (muziek) heel erg snel spelen (vooral gebruikt bij gitaarspel in rockmuziek)
- ▸ De synths geven het nummer een sinistere, onderhuidse spanning en de gitaar mag nog effe shredden.[2]
- [1] versnipperen
- Het woord shredden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Weblink bron Remi PoppeChemisch afval in: Het Parool , jrg. (28 juni 1993), p. 2 kol. 4
- ↑ Weblink bron Gearchiveerde versie Malou Miedema“PP23: Robin Kester stopt de kikkers in de pan” (18 jun 2023) op vpro.nl