Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • sen·sa·tie·zoe·ker
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord sensatiezoeker sensatiezoekers
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de sensatiezoekerm

  1. iemand die graag spannende dingen wil beleven
     Spelers van computergames zijn oppervlakkige sensatiezoekers. Ze gaan helemaal op in het fictieve verhaal, kicken vooral op scoren en kennen daarbij weinig scrupules.[1]
     De achttienjarige Dennis krijgt 80 uur werkstraf, waarvan twintig voorwaardelijk. Zijn moeder is geschrokken: „Het is een sensatiezoeker. Dit is wel erg zwaar. Ik ben blij dat hij niet buiten het stadion heeft meegedaan aan de rellen. Dan had ik hem eigenhandig bij de politie afgeleverd”, zegt ze. „Nu moet hij zestig uur werken. Een harde les voor het jochie.”[2]
  2. (pejoratief) mensen die een gebeurtenis vooral willen meemaken omdat die uitzonderlijk is en daardoor in de belangstelling staat
     Wat Tim „echt respectloos” vond, waren de sensatiezoekers die meteen op de plaats van de aanslag afkwamen.[3]
     Maar altijd is er rondom de kunstenaar het odium blijven hangen van goedkope sensatiezoeker.[4]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1.   Weblink bron
    Dirk Vlasblom
    “Gamers denken wél na over goed en kwaad” (30 april 2015) op nrc.nl  
  2.   Weblink bron
    Enzo van Steenbergen
    “Het leek net een oorlog” (22 maart 2012) op nrc.nl  
  3.   Weblink bron
    Thijs Niemantsverdriet
    “‘Toen zag ik dat het Peter R. de Vries was’” (7 juli 2021) op nrc.nl  
  4.   Weblink bron
    Lucette ter Borg
    “Ophuis toont een schrille werkelijkheid” (12 januari 2009) op nrc.nl