sensatie
- sen·sa·tie
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘gewaarwording’ voor het eerst aangetroffen in 1796 [1]
- afgeleid van het Franse sensation (met het achtervoegsel -atie) [2] [3]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | sensatie | sensaties |
verkleinwoord | sensatietje | sensatietjes |
de sensatie v
- sterke beroering door een verrassend voorval of bericht
- Die film was een grote sensatie.
- sterke emoties; grote gevoelens
- Ze was niet veeleisend wat betreft hun kwaliteit of herkomst. Ze had foto's van Clemenceau, Maurras, Poincaré, Jaurès, Joffre, Briand... Sinds ze haar man had verloren, die het bevel voerde over een groep geüniformeerde suppoosten in het Musée du Louvre, bezorgden grote mannen haar heftige sensaties. [4]
1. sterke beroering door een verrassend voorval of bericht
- Het woord sensatie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "sensatie" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[5] |
- ↑ "sensatie" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ Wiktionnaire
- ↑ sensatie op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Lemaitre, Pierre"Tot ziens daarboven" 2014 ISBN 9789401601931 pagina 16
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be