schiften
- schif·ten
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
schiften |
schiftte |
geschift |
zwak -t | volledig |
schiften [4]
- ergatief (kookkunst) een proces waarbij een massa inhomogeen wordt door afscheiding van een deel ervan
- Hij roerde niet door en daardoor schiftte z'n sausje.
- selecteren
1.
- Het woord schiften staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "schiften" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[5] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "schiften" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ schiften op website: Etymologiebank.nl
- ↑ schiften op website: Etymologiebank.nl
- ↑ schiften op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be