schermer
Niet te verwarren met: Schermer |
- scher·mer
- Naamwoord van handeling van schermen met het achtervoegsel -er[1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | schermer | schermers |
verkleinwoord | schermertje | schermertjes |
de schermer m
- een beoefenaar van de schermsport
- Het zeventienjarige schermtalent Daniël Giacon heeft zich verrassend gekwalificeerd voor de EK en WK bij de senioren op het onderdeel floret. Giacon (SchermCentrum Amsterdam) plaatste zich door bij het wereldbeker-toernooi in Parijs bij de beste 32 schermers te eindigen.[2]
- De eerste die een stap zet, heeft bijvoorbeeld het recht tot aanvallen. Weert de tegenstander succesvol, dán mag er een tegenaanval worden ingezet. Dat klinkt allemaal overzichtelijk zat, maar eenmaal tegenover een geoefende schermer ben ik alles kwijt.[3]
- Het woord schermer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "schermer" herkend door:
97 % | van de Nederlanders; |
97 % | van de Vlamingen.[4] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Het Parool CURT SIMONS 21 JANUARI 2018 AFC komt eindelijk van de laatste plek af
- ↑ Het Parool LOUIS BOLLEE 20 OKTOBER 2017 Schermen: een enkel traantje achter een ijzeren masker
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be