scheepsvracht
- scheeps·vracht
- samenstelling van schip zn en vracht zn met het invoegsel -s- met klankverandering i - ee (IPA: /ɪ/ -/e/)
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | scheepsvracht | scheepsvrachten |
verkleinwoord | scheepsvrachtje | scheepsvrachtjes |
- een lading goederen die in een schip past
- Er kwam een scheepsvracht binnen die vooral uit katoen bestond.
- verzamelnaam voor per schip vervoerde goederen
- De haven van Bar kan jaarlijks 5 miljoen ton aan scheepsvracht verwerken.
- Het woord scheepsvracht staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.