schab
- schab
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | schab | schabben |
verkleinwoord | schabbetje | schabbetjes |
- plank of kast aan de wand
- blauwe boerenkiel
- overgebleven stuk stof
- Het woord schab staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "schab" herkend door:
12 % | van de Nederlanders; |
41 % | van de Vlamingen.[5] |