rotsplateau
  • rots·pla·teau
enkelvoud meervoud
naamwoord rotsplateau rotsplateaus
verkleinwoord rotsplateautje rotsplateautjes

het rotsplateauo

  1. (geologie) vlak gedeelte van een rots(partij), vlak gedeelte van een berg
     Achthonderd zeldzame reuzenslakken die deel uitmaakten van een speciaal beschermingsprogramma in Nieuw-Zeeland, zijn gedood doordat de thermostaat defect was in de ruimte waar ze verbleven. De slakken waren afkomstig van een rotsplateau dat geschikt wordt gemaakt voor mijnbouw.[2]
     Wie aan de voet van de vesting Königstein staat, moet zich wel verbazen: de fortificatie met ruim 40 meter hoge muren staat op een rotsplateau van nog eens 247 meter hoog. Het kasteel is een blikvanger die grossiert in superlatieven.[3]


  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2.   Weblink bron “Zeldzame reuzenslakken dood door defecte thermostaat” (10-11-2011), Tubantia
  3.   Weblink bron
    René Zeeman
    “Betoverende rotsformaties in Saksisch Zwitserland” (28-01-2019), Reformatorisch Dagblad