Nederlands

Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • rood·buik·zwa·luw
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord roodbuikzwaluw roodbuikzwaluwen
verkleinwoord roodbuikzwaluwtje roodbuikzwaluwtjes

Zelfstandig naamwoord

de roodbuikzwaluwv / m

  1. (zangvogels) Cecropis badia   een vogel uit de familie van zwaluwen (Hirundinidae). Deze zwaluw komt alleen voor op het schiereiland Malakka en wordt door BirdLife International   beschouwd als ondersoort van de roodstuitzwaluw (Cecropis daurica)
Hyperoniemen

Gangbaarheid

Meer informatie