Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ri·vier·mon·ding
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord riviermonding riviermondingen
verkleinwoord riviermondinkje riviermondinkjes

Zelfstandig naamwoord

de riviermondingv

  1. De monding van een rivier of andere waterstroom is de plaats waar die stroom in zee, een meer of een andere rivier uitmondt, en daar eindigt.


Meer informatie

Gangbaarheid