revisionistisch
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- re·vi·si·o·nis·tisch
Woordherkomst en -opbouw
- afgeleid van revisionist met het achtervoegsel -isch
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | revisionistisch | revisionistischer | |
verbogen | revisionistische | revisionistischere | |
partitief | revisionistisch | revisionistischers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
revisionistisch [1]
- van, eigen aan het revisionisme
Gangbaarheid
- Het woord revisionistisch staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.