resuspositief
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- re·sus·po·si·tief
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van resus en positief
stellend | |
---|---|
onverbogen | resuspositief |
verbogen | resuspositieve |
partitief | resuspositiefs |
Bijvoeglijk naamwoord
resuspositief
- met de resusfactor
Antoniemen
Gangbaarheid
- Het woord resuspositief staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.