restaurantgedeelte
- res·tau·rant·ge·deel·te
- samenstelling van restaurant zn en gedeelte zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | restaurantgedeelte | restaurantgedeeltes restaurantgedeelten |
verkleinwoord |
het restaurantgedeelte o
- (horeca) deel van een gebouw of ruimte dat is ingericht als een eetgelegenheid
- ▸ ”Volgens Tollius” heeft qua inrichting en uitstraling het nodige gemeen met ”Tollius”. Hoofdkleur is donkergrijs -op de klank af saai, maar het tegendeel is waar- op plafond, wanden en op de authentieke spanten. In het midden een lange bank die café- en restaurantgedeelte scheidt. „Aan de ene kant is gedekt, aan de andere niet. Komen er meer eters voor het restaurant, dan dekken we snel bij aan de cafékant.”[1]
- ▸ Op het moment van de overval waren er enkele personen in het restaurantgedeelte van de amusementenhal aanwezig.[2]
- Het woord restaurantgedeelte staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Weblink bron “Stationseiland met carpaccio en speenvarken” (20-03-2009), Reformatorisch Dagblad
- ↑ Weblink bron “Gewapende overval op amusementenhal Ermelo” (29-08-2009), Reformatorisch Dagblad