Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ren·te·loos
Woordherkomst en -opbouw
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen renteloos rentelozer renteloost
verbogen renteloze rentelozere rentelooste
partitief renteloos rentelozers -

Bijvoeglijk naamwoord

renteloos

  1. zonder rente te ontvangen of hoeven te betalen
    • Als een autoverkoper een renteloze lening verstrekt betekent dit dat hij op een andere manier zijn geld verdient. 
Synoniemen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
96 % van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be