remhendel
- rem·hen·del
- samenstelling van remmen ww en hendel zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | remhendel | remhendels |
verkleinwoord | remhendeltje | remhendeltjes |
- (techniek) beweegbaar handvat waarmee men een handrem bedient
- Een 11-jarige jongen uit Puimisson in de Franse Hérault heeft na een val in mei met zijn fiets vier maanden onbewust rondgelopen met een gebroken remhendel in het zitvlak, meldt de krant Midi Libre. [1]
- Fenati kwam tijdens de race op het circuit van Misano op een recht stuk naast zijn landgenoot Stefano Manzi rijden en duwde de remhendel in van de motor van Manzi, die daardoor heel even uit balans raakte, maar wel overeind bleef. [2]
1. beweegbaar handvat waarmee men een handrem bedient
- Het woord 'remhendel' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "remhendel" herkend door:
79 % | van de Nederlanders; |
80 % | van de Vlamingen.[3] |
- ↑ Tubantia 06-09-12 Jongen loopt maanden rond met remhendel in achterste
- ↑ Tubantia 09-09-18 Bizar: motorcoureur Fenati duwt op hoge snelheid remhendel rivaal in
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be