• rail·ver·bin·ding
enkelvoud meervoud
naamwoord railverbinding railverbindingen
verkleinwoord

de railverbindingv

  1. een spoorweg tussen twee plaatsen
     De spoorlijn Almelo-Mariënberg is door toedoen van CDA en GroenLinks plotseling thema bij de provinciale statenverkiezingen in Overijssel. Niet als spoorlijntje op zich, maar als onderdeel van de railverbinding tussen Twente en Drenthe.[2]
     Het baanvak Zevenaar - Duitse grens is volgens het ministerie 'een cruciale schakel' in de railverbinding van Nederland met Duitsland. Het dient zowel voor reizigers- als voor goederenvervoer vanuit de Randstad naar Italië en het Duitse achterland.[3]


  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2.   Weblink bron “Spoorlijn plotseling thema bij verkiezing” (20-02-2007), Tubantia
  3.   Weblink bron “Huiswerk over hinder spoor Zevenaar moet opnieuw” (26-02-2014), Tubantia