psychopathisch
- psy·cho·pa·thisch
- afgeleid van pathisch met het voorvoegsel psycho-
- afgeleid van psychopaat met het achtervoegsel -isch
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | psychopathisch | psychopathischer | |
verbogen | psychopathische | psychopathischere | |
partitief | psychopathisch | psychopathischers | - |
psychopathisch
- (psychologie) als van een psychopaat (gekenmerkt door antisociaal gedrag)
- Het woord psychopathisch staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "psychopathisch" herkend door:
96 % | van de Nederlanders; |
97 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be