privésecretaresse
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: privésecretaresse (hulp, bestand)
- IPA: / priˈvesɪkrətaˌrɛsə / (7 lettergrepen)
Woordafbreking
- pri·vé·se·cre·ta·res·se
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van privé bn en secretaresse zn [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | privésecretaresse | privésecretaresses |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de privésecretaresse v
- (beroep) vrouw die uitsluitend direct ondersteunend werk verricht voor een specifieke hooggeplaatste persoon
- ▸ De sterauteurs, de latere hoofdredacteur Joop van Tijn voorop, hebben veel meer (materiële) privileges dan de letterknechten. Zo heeft de onvermoeibaar bijklussende Van Tijn een privésecretaresse, die ongemerkt op de loonlijst van de Weekbladpers blijkt te prijken.[2]
- ▸ We begonnen op een gestructureerdere manier te werken, waarbij het werk werd verdeeld tussen de drie privésecretaresses, en Alan en ik het merendeel van de administratie afhandelden.[3]
Synoniemen
Verwante begrippen
- vrouwelijke vorm van privésecretaris
Gangbaarheid
- Het woord privésecretaresse staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron Hubert Smeets“De leegloop van het linkse klooster” (27 mei 2016) op nrc.nl
- ↑ Weblink bron Zelda la Grange (vert. Ineke de Groot & Elisabeth Borselen)“Goedemorgen, meneer Mandela: memoires van zijn persoonlijk assistente” (2014), Uitgeverij Unieboek | Het Spectrum, Amsterdam, ISBN 9789000343157, hfst. 4