Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • pri·mi·ti·vi·teit
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord primitiviteit primitiviteiten
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de primitiviteitv

  1. iets dat past bij vroegere, minder ontwikkelde mensen en samenlevingen; iets dat getuigt van een beperkte culturele ontwikkeling
     Hij veroordeelde het stuk om de overdreven, opzettelijke, banale eenvoud en vergeleek het met de primitiviteit der Preraphaëlieten in de schilderkunst.[2]
     In Oekraïne gingen betogers wel de straat op bij de Russische ambassade in Kiev. "Poetin zou in de gevangenis moeten zitten. Sentsov moet vrij zijn", staat op posters die ze mee hebben. "Het is absurd. Het is barbaars", zegt een van hen. "De uitspraak is van een primitiviteit die niet thuishoort in de 21e eeuw."[3]
Synoniemen

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Anna Karenina”   (1877), G.A. van Oorschot  , ISBN 9789028276062
  3.   Weblink bron “'Lijst met gestrafte tegenstanders van Poetin wordt langer en langer'” (25-08-2015), NOS