Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • por·no·gra·fisch
Woordherkomst en -opbouw
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen pornografisch pornografischer
verbogen pornografische pornografischere
partitief pornografisch pornografischers -

Bijvoeglijk naamwoord

pornografisch

  1. betrekking hebbend of product zijn van seksueel prikkelende verhalen of afbeeldingen
    • Bijna iedereen heeft wel eens een pornografische website bezocht. 

Gangbaarheid

98 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be