Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • po·li·tie·pet
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord politiepet politiepetten
verkleinwoord politiepetje politiepetjes

Zelfstandig naamwoord

de politiepetv / m

  1. (hoofddeksel) een plat hoofddeksel zoals gedragen door een politieagent

Gangbaarheid

100 % van de Nederlanders;
97 % van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1.   Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be