Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • po·li·tie·dis·trict
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord politiedistrict politiedistricten
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het politiedistricto

  1. het werkterrein van een politiecorps
     Wilhelm Haussner, de terrorisme-expert van de Frankfurter Allgemeine Zeitung, had schijnbaar effectief en definitief het verhaal over de 'Terreur prinses'en haar prins uit Zweden de kop ingedrukt, en bovendien uitvoerig het zeldzaam ongelukkige incident beschreven waarbij een speciale eenheid van het politiedistrict Hamburg per ongeluk advocaat Gertrude Gehlenz doodschoot omdat ze dachten dat ze een wapen trok toen ze zich probeerde te legitimeren.[1]
  2. onderdeel van een regiopolitie

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)
    “Zij die dromen doden slapen nooit” (2017), Uitgeverij Prometheus, ISBN 9789044640496