• pluk·ke opp
  • Samenstelling van de Noorse woorden plukke en opp.
vervoeging
onbepaalde wijs plukke opp
tegenwoordige tijd plukker opp
verleden tijd plukka opp
plukket opp
voltooid
deelwoord
plukka opp
plukket opp
onvoltooid
deelwoord
plukkende opp
lijdende vorm plukkes opp
gebiedende wijs plukk opp
vervoegingsklasse Klasse 1 zwak
opmerking

plukke opp

  1. overgankelijk iemand oppikken
    «To andre busser med elever som skulle ha skidag på Kvamskogen plukket opp barna fra ulykkesbussen.»
    Twee andere bussen met studenten die een skidag op Kvamskogen maakten pikten de kinderen van het busongeval op.
  2. overgankelijk iets ophalen, oppakken, oprapen, pikken
  • [2]: plukke opp klærne fra gulvet
kleding van de vloer opraken


  • pluk·ke opp
  • Samenstelling van de Noorse woorden plukke en opp.
vervoeging
onbepaalde wijs plukke opp
plukka opp
tegenwoordige tijd plukkar opp
verleden tijd plukka opp
voltooid
deelwoord
plukka opp
onvoltooid
deelwoord
plukkande opp
lijdende vorm plukkast opp
gebiedende wijs plukk opp
plukka opp
plukke opp
vervoegingsklasse Klasse 1 zwak
opmerking

plukke opp

  1. overgankelijk iemand oppikken
    «To andre busser med elevar som skulle ha skidag på Kvamskogen plukket opp borna fra ulukkesbussen.»
    Twee andere bussen met studenten die een skidag op Kvamskogen maakten pikten de kinderen van het busongeval op.
  2. overgankelijk iets ophalen, oppakken, oprapen, pikken