plichtsbetrachting

  • plichts·be·trach·ting
enkelvoud meervoud
naamwoord plichtsbetrachting plichtsbetrachtingen
verkleinwoord

de plichtsbetrachtingv

  1. het nauwkeurig, precies en ernstig uitvoeren van wat men verplicht is te doen
     "Alois Hitler mislukte op vele gebieden: als vader, echtgenoot, opvoeder, zakenman en bovendien als mens, zonder veel vrienden en zonder een echt thuis. Maar je ziet ook andere kanten: de nauwgezette plichtsbetrachting, de constante carrièredrang, aandacht voor de opvoeding, interesse in innovatie en het plezier in gezellige samenkomsten."[2]
     Met roodomrande ogen keek koning Charles III om klokslag 18.00 uur Engelse tijd huiskamers overal ter wereld in. Terwijl hij af en toe tranen wegslikte, gaf de nieuwe monarch een gevoelig eerbetoon aan zijn donderdag gestorven moeder Elizabeth. Gelijktijdig verzekerde hij zijn regeerperiode met dezelfde plichtsbetrachting in te vullen. ,,Haar belofte van levenslange dienstbaarheid hernieuw ik vandaag aan u allemaal.”[3]
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2.   Weblink bron “Brieven vader Hitler bieden blik op jeugd Adolf” (25 februari 2021, 10:32), NOS
  3.   Weblink bron
    Geert Langendorff
    “Geëmotioneerde koning Charles III bij eerste toespraak: ‘Darling Mama, dankjewel voor je liefde en toewijding’” (9 sep. 2022), Tubantia