plejade
Niet te verwarren met: Plejaden, pleiade, Pléiade |
- ple·ja·de
- eponiem van pleiade, in de Griekse mythologie elk van de zeven nimfen, dochters van Atlas en Pleione , die de godin Artemis vergezelden en door Zeus in het zevengesternte werden veranderd, gespeld met een kleine letter volgens spellingregel 16.C [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | plejade | plejaden plejades |
verkleinwoord | - | - |
de plejade v
- zevental personen
- ▸ John Ricus en Catharina hadden in Batavia zeven kinderen gekregen (…) Het laatste nog in Indië geboren zoontje werd François Emile genoemd. Hij besloot deze plejade in 1857.[2]
- zeven of een ander select aantal personen die door hun prestaties als groep worden gezien
- ▸ Meer algemeen spreekt Van Loo vaak van ‘trek’ (…) in boeken en worden koks met een Michelinster omgekeerd beschreven in termen van de ‘plejade van de haute cuisine’ (…).[3]
- ▸ Met L'Allegria verwierf Ungaretti wereldfaam. Maar de dichter, die samen met Eugenio Montale, Salvatore Quasimodo en Umberto Saba tot de plejade van de 20ste-eeuwse Italiaanse poëzie behoort, is in Nederland alleen geëerd met verspreide publicaties en vertalingen.[4]
- (figuurlijk) selecte verscheidenheid
- ▸ Wie de Vlaamse kranten en weekbladen van 2008 overloopt, merkt dat steeds meer schrijvers zich inderdaad weer mengen in het maatschappelijke debat en zich profileren in een plejade van thema's.[5]
- ▸ Daarmee zijn we in de jaren zestig beland: een voortgezette plejade van tijdschriften en onder elkaar duchtig discussiërende groepen die in de golden sixties het artistieke gebeuren met hand en tand verdedigden tegen de burger en tegen het conformisme.[6]
- (natuurkunde) (verouderd) verzamelterm voor al de isotopen van een element
- ▸ Volgens de officiële definitie werd nu een element echter een plejade, een groep, i.p.v. een streng bepaalde eenheid, wat theoretisch onbevredigend is.[7]
- Het woord plejade staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron F.L. Bastet“Louis Couperus. Een biografie.” (1987), Em. Querido's Uitgeverij B.V., Amsterdam, ISBN 90 214 51360, p. 43
- ↑ Weblink bron Ben De BruynEten! Lezen! Reizen! : Traditie, toerisme en lifestyle bij Bart van Loo en Geerten Meijsing in: Nederlandse Letterkunde., jrg. 17 nr. 3 (2012), Koninklijke Van Gorcum, Assen, p. 218
- ↑ Weblink bron Peter Drehmanns“De dood betaal je levend af” (30 augustus 2002) op nrc.nl
- ↑ Weblink bron Dirk LeymanTussen cocon en barricade : Vlaamse schrijvers als opiniemakers in: Ons Erfdeel., jrg. 51 nr. 4 (november 2008), Stichting Ons Erfdeel, Raamsdonksveer, p. 18
- ↑ Weblink bron E. WillekensDe avant-garde in Antwerpen : Van Paul van Ostaijen tot Paul de Vree in: Vlaanderen., 244 jrg. 42 nr. 1 (januari/februari 1993), Christelijk Vlaams Kunstenaarsverbond, Tielt, p. 41
- ↑ Weblink bron R. HooykaasDe wet van elementenbehoud in: Chemisch Weekblad , jrg.43 nr. 34, p. 530 kol. 2