Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • pleeg·ge·zin
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord pleeggezin pleeggezinnen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

pleeggezin o [1]

  1. gezin met één of meer pleegkinderen
    • Nederland zou interlandelijke adoptie moeten verbieden, zo adviseert de Raad voor Strafrechtstoepassing en Jeugdbescherming onze regering. Kinderen zouden beter lokaal in een pleeggezin kunnen worden opgenomen. Als de wereld toch eens zo makkelijk was![2] 
Synoniemen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen