Nederlands

 
pisbloem
Uitspraak
Woordafbreking
  • pis·bloem
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord pisbloem pisbloemen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de pisbloemv / m

  1. Taraxacum officinale   paardebloem
    • IN Vlaanderen kennen ze haar als pisbloem, bedpisser of bedzeiker, in Friesland als de hengstenbloem. We hebben het hier over de paardebloem, Taraxacum officinale. Niet alleen de paardebloem, maar heel veel planten hebben dialectnamen die afwijken van de officiële Nederlandse naam. [2] 
    • Konijnenbladen, melkblad, pisbloem, paardenbloem, molsla, cichorei, erdgalle, soermelk zijn allemaal volksnamen voor paardenbloem. Plantkundigen die weleer door het Nederlandse taalgebied trokken, hadden voortdurend het raden naar welke plant juist bedoeld werd. En dat terwijl de paardenbloem net zeer gegeerd was omwille van zijn medicinale toepassingen. [3] 
Synoniemen

Gangbaarheid

46 % van de Nederlanders;
84 % van de Vlamingen.[4]

Meer informatie

Verwijzingen