Nederlands

 
pestvogel
Uitspraak
  • (IPA in voorbereiding)
Woordafbreking
  • pest·vo·gels
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord pestvogels
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de pestvogelsmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord pestvogel
  2. meervoudsvorm als officiële benaming (zangvogels) Bombycillidae   een familie van de zangvogels bestaande uit drie soorten. Deze vormen een duidelijke groep van fraaie vogels met duidelijke gemeenschappelijke kenmerken. Het zijdeachtige verenkleed is grijsbruin met een duidelijke kuif. Twee soorten hebben wasachtige toppen aan de armpennen. De lichaamslengte varieert van 15 tot 23 cm
Hyperoniemen
Hyponiemen (in taxonomische zin)


Gangbaarheid

Meer informatie