perenhout
- pe·ren·hout
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | perenhout | |
verkleinwoord |
het perenhout o
- een bijproduct van de perenboom, omdat de boom geteeld wordt voor de peren
- ,,Stof dus die (...) een klassieke uitstraling heeft. De ronde voet is gemaakt van perenhout en de mast van gepareld roestvrij staal", meldt de website van de Tweede Kamer. [2]
- Zoals het nieuwe ‘koksmes’ de Lignum 3 van carbonstaal met, zegt de catalogus, minstens 1 procent koolstof. Het ogenschijnlijk doodgewone mes met perenhouten handvat kost bijna 100 euro maar is puur handwerk. Het heeft een hardheid die wordt uitgedrukt in het geheimzinnige HRC 60. [3]
- Het woord perenhout staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "perenhout" herkend door:
86 % | van de Nederlanders; |
69 % | van de Vlamingen.[4] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Tubantia 29-05-18 Kaasvlaggetje Tweede Kamer maakt plaats voor driekleur met 'grandeur'
- ↑ NRC Wouter Klootwijk 26 september 2008 Giselheid uit Solingen verkoopt haar messen aan Japan
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be