percoleren
- Geluid: percoleren (hulp, bestand)
- per·co·le·ren
- Leenwoord uit het Latijn, in de betekenis van ‘laten doorsijpelen’ voor het eerst aangetroffen in 1698 [1]
- afgeleid van het Franse percoler met het achtervoegsel -eren
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
percoleren |
percoleerde |
gepercoleerd |
zwak -d | volledig |
percoleren
- overgankelijk extraheren door het laten doorsijpelen
- Het woord 'percoleren' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- Zie Wikipedia voor meer informatie.