pelswerker
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: pelswerker (hulp, bestand)
Woordafbreking
- pels·wer·ker
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van pels en werker
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | pelswerker | pelswerkers |
verkleinwoord | pelswerkertje | pelswerkertjes |
Zelfstandig naamwoord
- (beroep) iemand die bont bewerkt of verwerkt
Synoniemen
Verwante begrippen
Gangbaarheid
- Het woord 'pelswerker' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.