bontwerker
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: bontwerker (hulp, bestand)
Woordafbreking
- bont·wer·ker
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van bont en werker [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | bontwerker | bontwerkers |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de bontwerker m
Verwante begrippen
Gangbaarheid
- Het woord bontwerker staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.