Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • par·ty·cen·trum
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord partycentrum partycentrums
partycentra
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

het partycentrumo

  1. (horeca) gelegenheid waar men feesten en partijen kan houden
     Het is de AK-partij in Nederland niet gelukt een plek te vinden om met aanhangers van president Erdogan de uitslagenavond te vieren. Een beoogd partycentrum is door de politie geadviseerd "goed na te denken" over het verzoek, in verband met de openbare veiligheid.[1]
     In Westervoort, Gelderland, is gisteravond een man neergestoken na een ruzie bij een partycentrum. De vermoedelijke dader is opgepakt, meldt Omroep Gelderland.[2]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1.   Weblink bron “AK-partij kreeg in Nederland geen plek om uitslag te volgen” (Maandag 17 april 2017, 21:26), NOS
  2.   Weblink bron “Man neergestoken op bruiloft in Westervoort” (Maandag 24 april 2017, 03:49), NOS