Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • pa·ra·we·ten·schap
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord parawetenschap -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de parawetenschapv

  1. (wetenschap) voornamelijk op het onderzoek naar bovennatuurlijke verschijnselen gerichte disciplines die zichzelf als wetenschap zien, maar niet door eenieder daartoe worden gerekend.
    • Waar Wilkens hoogstens parawetenschap bedreef, was Dresselhuis volgens de norm van zijn tijd met serieuze studie aan de gang.[1] 
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen