Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • over·loop·ge·meen·te
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord overloopgemeente overloopgemeenten
overloopgemeentes
verkleinwoord overloopgemeentetje overloopgemeentetjes

Zelfstandig naamwoord

de overloopgemeentev

  1. (politiek) een aan een grote stad grenzende gemeente waar mensen zich vestigen die in die stad geen huisvesting kunnen vinden

Gangbaarheid

Meer informatie