• op·zwel·ling

afleiding van Naamwoord van handeling van opzwellen met het achtervoegsel -ing

enkelvoud meervoud
naamwoord opzwelling opzwellingen
verkleinwoord

de opzwellingv [1]

  1. het toenemen in volume
     Wat er ook is gebeurd, we weten wel dat deze opzwelling zo snel meer ruimte tussen naburige werelden heeft gecreëerd dat die na afloop van dat proces op geen enkele manier meer met elkaar in contact konden treden.[2]
     Het meest voorkomende kenmerk van de ziekte van Lyme is een rode en soms blauwachtige of roze ringvormige plek op de plaats van de beet. Die vlek verschijnt op z'n vroegst enkele dagen na de beet, maar kan ook drie maanden later pas verschijnen. Binnen die drie maanden kunnen echter al griepachtige klachten en soms opzwelling van oorlel of tepel optreden. In een volgende fase kunnen er neurologische, gewrichts-, huid- en hartklachten ontstaan. Zenuwaandoeningen komen het meest voor, bijvoorbeeld verlamming van de gezichtsspieren of pijn en krachtvermindering aan een arm of been.[3]


  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Antonio Padilla
    “Fabeachtige getalen en waar ze te vinden” (2023), Ambo/Anthos uitgevers  , ISBN 9789026353512
  3.   Weblink bron “Wat te doen tegen teken?” (Zondag 6 april 2014, 08:34), NOS