ophanging
- op·han·ging
- Naamwoord van handeling van ophangen met het achtervoegsel -ing[1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | ophanging | ophangingen |
verkleinwoord | - | - |
de ophanging v
- het beëindigen van het leven d.m.v. een strop
- (werktuigbouwkunde) de manier waarop een apparaat (motor) is opgehangen (bevestigd) aan de rest van de constructie
1.
1.
- Het woord ophanging staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "ophanging" herkend door:
96 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[2] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be