opgebruikt
- Geluid: opgebruikt (hulp, bestand)
- op·ge·bruikt
- vervoeging van opgebruiken: de stam met de uitgang -t, zonder ge- vanwege voorvoegsel (van het scheidbare werkwoord), op te vatten als samenstelling van op bw en gebruikt ww
vervoeging van |
---|
opgebruiken |
opgebruikt
- (in een bijzin) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opgebruiken
- ... dat jij opgebruikt.
- (in een bijzin) derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van opgebruiken
- ... dat hij opgebruikt.
- voltooid deelwoord van opgebruiken
1.
- Het woord opgebruikt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.