opberging
- op·ber·ging
- Naamwoord van handeling van opbergen met het achtervoegsel -ing[1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | opberging | opbergingen |
verkleinwoord |
de opberging v
- het plaatsen van een voorwerp in een bergruimte
- Biochemicus en emeritus hoogleraar milieukunde Lucas Reijnders vindt gebruik van vliegas uit afvalovens een slecht idee. Zware metalen breken niet af, zegt hij. „Er kan redelijkerwijs niet van worden uitgegaan dat opberging ‘voor eeuwig’ kan worden gegarandeerd. De toepassing is eerder een methode om kosten voor vulmateriaal te reduceren. Er zijn methoden om vliegas te ontgiften, maar die maken het gebruik van vliegas duurder.” [2]
- Het woord opberging staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "opberging" herkend door:
90 % | van de Nederlanders; |
94 % | van de Vlamingen.[3] |
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ NRC Annette Toonen 25 november 2015 Gatenkaas na 80 jaar zoutwinning
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be