• on·der·houds·boek
enkelvoud meervoud
naamwoord onderhoudsboek onderhoudsboeken
verkleinwoord 1.,2. onderhoudsboekje 1.,2. onderhoudsboekjes

het onderhoudsboeko

  1. tekst, meestal in de vorm van een bundel gebonden vellen papier, waarin noodzakelijke of gewenste handelingen worden beschreven om een bepaald toestel of constructie in goede staat te houden
    Dit kan een handleiding van de producent zijn, het kan ook een overzicht zijn dat gebruikers bijhouden voor de personen die die handelingen moeten verrichten.
     Elke dag schreven we in het onderhoudsboek wat er gebeuren moest, bijvoorbeeld lampen die moesten worden vervangen, toiletten die verstopt waren, kapotte stoelen en dergelijke, en dan regelde Harry dat.[1]
  2. registratie, meestal in de vorm van een bundel gebonden vellen papier, waarin wordt bijgehouden welke handelingen er zijn verricht om een bepaald toestel of constructie in goede staat te houden
    Hierbij wordt een omschrijving van de handeling en de datum vermeldt, vaak aangevuld met de persoon die de handeling verricht heeft en de kosten die ermee gemoeid waren. Deze registratie kan bedoeld zijn als informatie over de onderhoudstoestand, als bewijs in verband met juridische aanspraken of als onderdeel van de boekhouding.
     Van het onderhoud moet een administratie worden bijgehouden. Met het onderhoudsboek (artikel 7.5, lid 4) kan de werkgever, in geval van een calamiteit, aantonen aan de toezichthouder – de Inspectie SZW – dat voldoende onderhoud is gepleegd.[2]
      Voor de vereenigingen van eenigen omvang zal voorts een „Onderhoudsboek” van veel nut kunnen zijn. Dit boek, waarvoor het model op bijlage Y voldoende aanwijzing geeft voor de wijze van inschrijving, geeft een overzicht van het onderhoud van elke woning. Daaruit ziet men niet alleen, hoeveel elke woning aan onderhoud kost, maar bovendien, door het opnemen van een volledige omschrijving van het verrichte onderhoudswerk, wanneer een bepaalde arbeid is verricht. Vraagt bijv. een huurder om een nieuw behangsel, dan kan men onmiddellijk in dit boek nazien, wanneer zijn woning het laatst, behangen is.[3]
  3. (boekhouding) administratie van onderhoudskosten, zodat die afzonderlijk kunnen worden verantwoord of doorberekend
      De eindbedragen der kaarten R worden in het Onderhoudsboek opgeteekend en daarin gedistribueerd over de afdeelingen, waarbij voor de rubrieken: Onderhoud gebouwen, werktuigen, enz. verschillende bladzijden zijn gereserveerd.[4]
  1.   Weblink bron
    Richard Templar (vert. Lia Belt & Anna Roelofsz)
    “Werkregels”, 1e druk (2010), Pearson Education, Amsterdam, ISBN 9789043019552, p. 194
  2.   Weblink bron Gearchiveerde versie “Onderhoud van arbeidsmiddelen” op arboportaal.nl
  3.   Weblink bron
    Hudig, D. e.a.
    “Handleiding voor woningbouwvereenigingen”, 4e druk (1919), Tijl, Zwolle, p. 178
  4.   Weblink bron
    Simon, K.G. & Saarloos, A.E.C. van
    “Kostprijsberekening en administratieve fabrieksorganisatie”, 2e druk (1917), Delwel, 's-Gravenhage, p. 317