onbemerkt
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- on·be·merkt
Woordherkomst en -opbouw
- Naamwoord van handeling van bemerken met het voorvoegsel on-
stellend | |
---|---|
onverbogen | onbemerkt |
verbogen | onbemerkte |
partitief | onbemerkts |
Bijvoeglijk naamwoord
onbemerkt [1]
- zonder dat men het opgemerkt
- In Enschede werd recent de 88-jarige Betsy Bakker op een gehaaide manier van haar bankpas en tegoeden beroofd. Ze werd in de gaten gehouden toen ze pinde en bij een actie buiten de winkel is haar de bankpas onbemerkt ontnomen. Betsy Bakker raakte in een half uur 1650 euro kwijt. [2]
- Ook in het noorden van Overijssel zijn eerder al alpaca’s gestolen. Deze kleine lama’s worden onbemerkt uit de weilanden gehaald en verkocht aan alpacaliefhebbers. Voor een goed dier wordt al gauw enkele duizenden euro’s neergeteld. [3]
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord onbemerkt staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "onbemerkt" herkend door:
82 % | van de Nederlanders; |
81 % | van de Vlamingen.[4] |
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Tubantia 07-12-13, Bejaarden in Twente slachtoffer van babbeltrucs
- ↑ Tubantia 16-01-14 Drachtige alpaca's gestolen in Vriezenveen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be