onafhankelijkheidsstrijd

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • on·af·han·ke·lijk·heids·strijd
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord onafhankelijkheidsstrijd onafhankelijkheidsstrijden
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de onafhankelijkheidsstrijdm

  1. (politiek) strijd om onafhankelijkheid in een gebied met de bedoeling een nieuwe staat te vestigen
Verwante begrippen

Meer informatie

Gangbaarheid